NRC Handelsblad kopte 29 maart jl. “Tienduizenden Mercedes-auto’s gaan wegkwaliteit in de gaten houden”. Alhoewel ik (nog) geen Mercedes rijd trok de kop, met een lelijke foto van een ‘fout wegdek’, onmiddellijk mijn aandacht. De Duitse auto-industrie heeft, net zoals een aantal andere industrietakken, de handen ineen geslagen en zich via Catena-X aangesloten bij het GAIA-X initiatief gericht op de vertrouwde uitwisseling van data via een systeem van standaarden. Hierdoor kunnen deelnemers op grote schaal data met elkaar uitwisselen, of het nu gaat om gebruik van onderdelen, mobiliteitsinformatie, onderhoudsbeurten of sensor- en camera-informatie van auto’s over de wegen én weersgesteldheid (temperatuur, vochtigheid) waaronder voertuigen zich verplaatsen. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat gaat de komende twee jaar via het project Road Monitor de geanonimiseerde data van sensoren in de Mercedes auto’s beschikbaar stellen aan wegbeheerders. Deze kunnen dan bijv. informatie verzamelen over zichtbaarheid van verkeersborden, wegomstandigheden zoals sneeuw of regen, of pechgevallen.
Waarom is dit van belang? Zoals de ‘Health-X dataloft’ gezondheidsdata gaat uitwisselen is dit een voorbeeld van de ‘Mobility dataspace‘ die mobiliteitsdata gaat uitwisselen. Op kleine schaal vinden dit soort uitwisselingen in de gezondheidszorg al plaats, bijv. het monitoren van mobiliteit in relatie tot de COVID-19 pandemie, of registratie van zoektermen of tweets als ‘ verkoudheid’ , ‘hoofdpijn’ of ‘malaise’ tijdens het griepseizoen. Het gebruik van sensoren op smartwatches die hartslagfrequentie en ritme of temperatuur kunnen vastleggen, of bewegingssensoren maakt ‘real-time’ monitoring van grote groepen personen, tegelijkertijd mogelijk. De voorspellende waarde van de toepassing van termen op de aanwezigheid van een griepepidemie hangt tegelijkertijd af van de instellingen en aanpassingen van de algoritmen die deze informatie verwerken. Dit kan voorkomen dat er over- of ondervoorspelling plaatsvindt.